Zolang als ik mij kan herinneren woon ik al in de Abdij en Veste “Iron Wall”, welke is gelegen in “Den Groene Vallei”. Deze Abdij/Veste valt onder bescherming van leenheer Dragonheart. Deze leenheer is net zo pretentieus als zijn naam, en hij laat de verdediging van zijn volk vaak over aan de Abdij. Deze leenheer antwoord weer aan Koning Quibus van Eruptië, welke op zijn beurt weer verantwoording heeft af te leggen aan de heer van Sum. Echter, dit is een zeer afgelegen gebied
De Abdij is gewijd aan de Red Knight. Zij is de vertrouweling van Tempus en is ten tijde van de Time of Troubles verheven tot godheid. De Red Knight is godheid van de tactici: een veldslag winnen is een, maar een veldslag met goede tactiek naar je hand zetten is een kunst!
De Monniken hebben altijd beweerd dat ik een wees kind was. Waarschijnlijk ben ik geboren in “Den Groene Vallei”. Wie mijn ouders zijn weet ik niet. Ook is het verhaal hoe ik wees ben geworden altijd vaag gebleven.
Ondanks mijn aandringen heeft geen van de broeders mij meer willen vertellen over mijn mogelijke afkomst….de tijd is nog niet gekomen. Eerst zal ik mijn sporen moeten verdienen met opdrachten voor de kerk van de Red Knight.
De monniken hebben mij opgevoed en ingewijd in de leer van de Red Knight. Ik heb met succes mijn eigen eenheid aangevoerd in een campagne tegen orken. Ik ben nu de status van leerling ontgroeit en heb geloofsbrieven meegekregen voor een officiers post in het leger van sum. Hoewel dit een fantastische post is, ben ik door de mijn orde gevraagd voor een andere opdracht: Ze hebben mij gevraagd om mij aan te sluiten bij een groep avonturiers om een belangrijke opdracht uit te voeren.
Het is alweer 5 jaar geleden dat ik op pad ben gegaan met een wonderlijk stel avonturiers: Twinkle, Tank, Krathos en Adarkone.
Na nodige omzwervingen hebben we een flinke schat gevonden en zijn daarmee teruggegaan naar Helmut. Hier zijn onze wegen gescheiden. Adarkone heeft op een week gaans een plek gevonden waar hij een versterkte hoeve mag bouwen. Krathos heeft de plaatselijke kroeg overgenomen en heeft zijn zwaard boven de bar gehangen (je weet maar nooit of je 'm nodig hebt). Tank is vertrokken en ben ik niet meer tegengekomen. Twinkle heeft een huis gekocht in Helmut, al is ze daar niet zo vaak te vinden.
Van de leenheer Helmut, Heer Marrigan, heb ik een half uurtje gaans buiten Helmut een stuk grond gekregen om daarop een abdij te stichten voor mijn kerk van de Red Knight! Dit is fantastische nieuws. Voortvarend ben ik aan de slag gegaan en plannen gemaakt. Wat wil ik allemaal in mijn abdij?
In het eerste jaar is de basis gebouwd, maar de fondsen waren niet genoeg om alles ineens te realiseren. Dus heb ik een deel van het geld in mijn eigen uitrusting gestoken: het avonturieren heeft mij geleerd dat een goede uitrusting veel uitmaakt. Via mijn kerk heb ik diverse opdrachten gedaan om meer fondsen te verwerven en natuurlijk mijn eigen uitrusting aan te vullen. Het is een drukke tijd geweest maar dit jaar is dan mijn gehele wensenlijst gerealiseerd. Natuurlijk zijn er wel weer nieuwe dingen te wensen, maar voor nu is het even mooi geweest.
In de afgelopen jaren is er maar weinig gelegenheid geweest om contact te houden met Adarkone, Twinkle en Kratos. Ik ben eens naar Adarkone geweest toen zijn veste werd geopend. En natuurlijk heb ik Adarkone uitgenodigd toen het eerste deel van mijn Abdij klaar was om een drankje te doen en een veldslag te spelen. Maar verder is ons contact beperkt geweest: beiden te druk.
Als ik in Helmut kom, dan probeer ik altijd wel even tijd te maken om een drankje te doen bij Kratos of in het nieuwe Adventurer's Inn die Twinkle heeft geopend. Twinkle zelf tref ik er zelden. Wel heb ik ondertussen wat van de vaste gasten leren kennen, zoals de plaatselijke Bard Don Jovivs. Al zie ik hem de laatste jaren niet zo vaak meer: hij is door Twinkle met het avonturiers virus aangestoken en vaak op pad. Verder heeft Twinkle me wel eens voorgesteld aan Oswald: een fighter waar Twinkle mee op pad is geweest. Een schuchtere kerel die ik sindsdien maar zelden meer gezien of gesproken heb.